maximaliseert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- maxi·ma·li·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
maximaliseren |
maximaliseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maximaliseren
- Jij maximaliseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maximaliseren
- Hij maximaliseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van maximaliseren
- Maximaliseert!