lozer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lo·zer
Bijvoeglijk naamwoord
lozer
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van loos
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van lozen met het achtervoegsel -er
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lozer | lozers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de lozer m
- iemand die iets loost
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord lozer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.