Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·vens·duur·kos·ten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord levensduurkosten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de levensduurkostenmv

  1. uitgaven die men doet over de gehele gebruiksduur van een product

Gangbaarheid