keur af
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- keur af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afkeuren |
keur af
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkeuren
- Ik keur af.
- gebiedende wijs van afkeuren
- Keur af!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkeuren
- Keur je af?
Gangbaarheid
- Het woord keur af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.