Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ijs·ra·cen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

ijsracen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ijsracen
ijsracete
geijsracet
zwak -t volledig
  1. (sport) met een motorfiets zo snel mogelijk over bevroren water ijs racen
     Iwema reed door tot aan de grens in de buurt van Przemysl en zag ze over de grens komen lopen. Hij kon de vluchtelingen meteen in zijn bus laten plaatsnemen en zette koers naar het Poolse Plock, de plaats van het opvangadres. ,,Ik moet binnenkort weer naar Polen voor het WK ijsspeedway. Als ik dan weer kan helpen, doe ik het graag”, zegt Iwema, die begin april zijn ‘thuiswedstrijd’ in Thialf rijdt. “Ik ben verknocht aan dat ijsracen, het is nog pure motorsport waar iedereen elkaar helpt. En het is spektakel. Met de spikes onder je banden heb je zoveel grip dat je bijna plat op het ijs door de bochten kunt. Het is helemaal geweldig.”[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Jasper Iwema bracht Oekraïners in veiligheid: ‘Motoren uit busje geladen en teruggereden naar Polen’” (09-03-2022), Tubantia