ijskar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ijs·kar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ijskar | ijskarren |
verkleinwoord | ijskarretje | ijskarretjes |
Zelfstandig naamwoord
- een wagentje met koelvak van waaruit men consumptie-ijs verkoopt
- Hij stopt met zijn avondroutes, maar dat komt volgens hem ook omdat het 's avonds te donker wordt. Boereboom is sinds januari de trotse eigenaar van een echte ijskar, een Spijkstaal uit 1971, met elektromotor.[2]
- Radiospelletjes en het weggeven van prijzen aan luisteraars zijn eveneens geschrapt, zeggen woordvoerders van Radio 538 en Q-music. Zo heeft Q-music de lunch voor luisteraars uitgesteld en rijdt de Q-ijskar vandaag niet uit om gratis ijsjes uit te delen.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord ijskar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ijskar" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 01-SEPTEMBER-2016
- ↑ Volkskrant 23 juli 2014,
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be