Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hu·we·lijks·nacht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord huwelijksnacht huwelijksnachten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de huwelijksnachtm

  1. de eerste nacht na het huwelijksfeest
    • In vele religies mag in de huwelijksnacht voor het eerst geslachtelijke gemeenschap plaats vinden. 

Meer informatie

Gangbaarheid