hondenwei
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hon·den·wei
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hondenwei | hondenweien |
verkleinwoord | hondenweitje | hondenweitjes |
Zelfstandig naamwoord
- terrein waar je een hond mag uitlaten zonder dat die is aangelijnd
- ▸ Door loopse teven thuis te laten verklein je de kans op conflicten. Nog een manier om dat te doen is door in beweging te blijven op de hondenwei.[1]
Synoniemen
- hondenweide (uitspraakvariant)
- hondenlosgebied
- hondenlosloopgebied
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord hondenwei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie Evi Maveau“De hondenweide: verschillende visies op één veldje” (24 maart 2021) op woef.be