Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hiel·den huis
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
huishouden

hielden (…) huis

  1. meervoud verleden tijd van huishouden
    • Wij hielden huis. 
    • Jullie hielden huis. 
    • Zij hielden huis. 

Gangbaarheid