gezagvol
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·zag·vol
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gezag en vol
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gezagvol | gezagvoller | gezagvolst |
verbogen | gezagvolle | gezagvollere | gezagvolste |
partitief | gezagvols | gezagvollers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
gezagvol
- met veel gezag
- De gezagvolle leraar had ook veel respect voor zijn hardwerkende leerlingen.
Gangbaarheid
- Het woord gezagvol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.