Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flits·paal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord flitspaal flitspalen
verkleinwoord flitspaaltje flitspaaltjes

Zelfstandig naamwoord

de flitspaalm

  1. (verkeer) apparaat dat snelheidsovertredingen in het verkeer of het door een rood verkeerslicht rijden vaststelt door middel van radar en fotografie (waarvoor flitslicht nodig is).
    • In bijna alle landen van Europa vindt u flitspalen. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be