filmzaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- film·zaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van film en zaal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | filmzaal | filmzalen |
verkleinwoord | filmzaaltje | filmzaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
- zaal waarin films vertoond kunnen worden
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord filmzaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "filmzaal" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ NRC 19 mei 2016
- ↑ Weblink bron “Plan voor restauratie Soestdijk gepresenteerd: 'Geen gemakkelijke klus'” (3/6/2020), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be