elektrofysiologisch

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • elek·tro·fy·sio·lo·gisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen elektrofysiologisch elektrofysiologischer
verbogen elektrofysiologische elektrofysiologischere
partitief elektrofysiologisch elektrofysiologischers -

Bijvoeglijk naamwoord

elektrofysiologisch

  1. (medisch) met betrekking tot elektrische verschijnselen in levend weefsel
Vertalingen

Gangbaarheid