dochtermaatschappij

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doch·ter·maat·schap·pij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dochtermaatschappij dochtermaatschappijen
verkleinwoord dochtermaatschappijtje dochtermaatschappijtjes

Zelfstandig naamwoord

de dochtermaatschappijv

  1. (economie) min of mee zelfstandig functionerend bedrijf waarvan de aandelen in bezit zijn van een holding of moedermaatschappij
     Qbuzz kwam in 2013 in handen van Abellio, een dochtermaatschappij van de NS. Ook kocht NS in dat jaar 49 procent van de aandelen in de Haagse vervoerder HTM.[2]
     Een vliegticket in Oostenrijk kost voortaan minstens 40 euro. Ook komt er een toeslag van 30 euro op vluchten van 350 kilometer of minder. Dat heeft de conservatief-groene Oostenrijkse regering bekendgemaakt bij de presentatie van een steunplan voor luchtvaartmaatschappij Austrian Airlines, een dochtermaatschappij van Lufthansa.[3]
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Eind dit jaar nieuwe sprinters, in 2023 nieuwe intercity's” (01-03-2016), NOS
  3.   Weblink bron “Oostenrijk verbiedt vliegtickets onder 40 euro” (09-06-2020), NOS