Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dier·voer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord diervoer
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het diervoero

  1. eten dat geschikt is om door dieren te worden opgegeten
     "Het gebruik van sojameel voor Nederlands diervoer is met bijna 2 miljoen ton ongeveer 0,5 procent van de wereldproductie", zegt directeur Henk Flipsen.[1]
     Door eiwitrijke insecten te gebruiken in diervoer zou het milieu minder belast worden. Nu wordt bijna een derde van de landbouwgrond in de wereld gebruikt voor de teelt van voedergraan voor dieren.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “WNF: Nederland is grote Europese aanjager van ontbossing” (14-04-2021), NOS
  2.   Weblink bron “Insecten als veevoer: revolutie of 'quasi-groen'?” (11-06-2019), NOS