cultisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cul·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | cultisch | cultischer | |
verbogen | cultische | cultischere | |
partitief | cultisch | cultischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
cultisch [2]
- (religie) behorend of betrekking hebbend op de verering van een godheid, voorwerp of idool
Gangbaarheid
- Het woord cultisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cultisch" herkend door:
48 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ cultisch op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be