burgerrechtelijk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bur·ger·rech·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van burgerrecht met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
Bijvoeglijk naamwoord
burgerrechtelijk
- betrekking hebbend op het civiel recht (het recht dat gaat over de relatie burger - burger)
- De burgerrechtelijke zaken moet men niet verwarren met zaken van het burgerlijk recht
Synoniemen
Hyperoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord burgerrechtelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.