Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bruin·kap·kat·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bruinkapkatvogel bruinkapkatvogels
verkleinwoord bruinkapkatvogeltje bruinkapkatvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

de bruinkapkatvogelm

  1. (zangvogels) Ailuroedus geislerorum   een van de meer dan twintig soorten prieelvogels. De soort werd eerder als ondersoort van de witoorkatvogel (A. buccoides) beschouwd. De soort komt voor in laaglanden van het noorden en oosten van Nieuw-Guinea
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie