Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bos·or·chis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosorchis bosorchissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bosorchisv / m

  1. (bloemplanten) Dactylorhiza fuchsii   een plant uit de orchideeënfamilie (Orchidaceae  ). De plant komt voor op droge of vochtige, grazige plaatsen en in lichte bossen. De hoogte is 15-50 cm
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie