bleek bosvogeltje

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bleek bos·vo·gel·tje
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord bleek bosvogeltje bleke bosvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

het bleek bosvogeltjeo dim. tant.

  1. (vogels) bleek gekleurd vogeltje dat in het bos leeft
  2. (bloemplanten) Cephalanthera damasonium   een mixotrofe, epiparasitaire, vaste plant, die behoort tot de orchideeënfamilie. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten   als zeer zeldzaam en iets in aantal afgenomen. In Nederland is de plant vanaf 1 januari 2017 niet meer wettelijk beschermd  . Bleek bosvogeltje komt voor in Eurazië en in Nederland in Zuid-Limburg  . Het bleek bosvogeltje onderscheidt zich van het wit bosvogeltje (Cephalanthera longifolia  ) door de veel bredere bladeren
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie