Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bio·fy·si·ca
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord biofysica -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de biofysicav

  1. (natuurkunde) (biologie) een interdisciplinaire wetenschap die theorieën en methoden uit de natuurkunde toepast op biologische systemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen