bedrijfstechnisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·drijfs·tech·nisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | bedrijfstechnisch | bedrijfstechnischer | |
verbogen | bedrijfstechnische | bedrijfstechnischere | |
partitief | bedrijfstechnisch | bedrijfstechnischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
bedrijfstechnisch [1]
- de technische inrichting en uitoefening van een bedrijf
- ▸ "Ik denk dat het geld dat de instellingen krijgen over een periode van een paar jaar langzaam kan worden afgebouwd. Bedrijfstechnisch is dat beter. Dat geeft de gemeenten ook de mogelijkheid om kennis op te bouwen."[2]
Gangbaarheid
- Het woord bedrijfstechnisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “"Kinderen komen op straat te staan"” (Dinsdag 11 februari 2014, 09:53), NOS