auditor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- au·di·tor
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘toehoorder’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
- afgeleid van het Engels of van het Latijnse audire (horen) met het achtervoegsel -or [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | auditor | auditoren auditors |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de auditor m
- toehoorder, iemand die lessen volgt maar geen examen aflegt
- (beroep) uitvoerende van een audit, een controleur van een bedrijf zoals een accountant etc.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord auditor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "auditor" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "auditor" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ auditor op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Spaans
enkelvoud | meervoud |
---|---|
auditor | auditores |
Zelfstandig naamwoord
auditor m
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /aʊ̯dɪtɔr/
Woordafbreking
- au·di·tor
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) auditor; uitvoerende van een audit, een controleur van een bedrijf zoals een accountant etc.
- (verouderd)(beroep) militaire rechter; een militaire officier dienend in het Oostenrijk-Hongaarse leger
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
nominatief | auditor | auditoři | |
genitief | auditora | auditorů | |
datief | korte vorm | auditoru | auditorům |
lange vorm | auditorovi | ||
accusatief | auditora | auditory | |
vocatief | auditore | auditoři | |
locatief | korte vorm | auditoru | auditorech |
lange vorm | auditorovi | ||
instrumentalis | auditorem | auditory |
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Verwijzingen
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)