Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ker·licht·jes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de ankerlichtjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord ankerlicht
     Ankerlichtjes gloeiden op het water.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    P. Verhoog
    Schipper Willaert : 'n Gevangenschap in:
    A.F. Mirande & H. Godthelp (red.)
    Mozaiek serie A numero 7, 2e druk (1936?), Tjeenk Willink, Zwolle, p. 58