Nederlands

Uitspraak
ISO 639-3
xpu
 


Woordafbreking
  • Pu·nisch
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Punisch
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het Punischo

  1. (taal) uitgestorven Semitische taal uit de Kanaänitische groep die tot ongeveer 600 AD in Tunisië gesproken werd door de nazaten van het Carthagers
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Punisch Punischer
verbogen Punische Punischere
partitief Punisch Punischers -

Bijvoeglijk naamwoord

Punisch

  1. op de Carthagers en hun cultuur betrekking hebbend
    • De Punische oorlogen. 

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen