Oudsaksischere
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Oudsaksischere (hulp, bestand)
- IPA: /ɑutˈsɑksisərə/
Woordafbreking
- Oud·sak·si·sche·re
Woordherkomst en -opbouw
- Oudsaksischer met de uitgang -e
Bijvoeglijk naamwoord
Oudsaksischere
- verbogen vorm van de vergrotende trap van Oudsaksisch