Brits
Niet te verwarren met: brits |
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Brits
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Brits | Britser | Britst |
verbogen | Britse | Britsere | Britste |
partitief | Brits | Britsers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Brits
- (demoniem) gerelateerd aan Groot-Brittannië, afkomstig uit Groot-Brittannië
- Dat is een Britse organisatie.
- ▸ Hij was een bescheiden Britse kostschooljongen met een keurig Engels accent die, eenmaal op het podium, in een echte entertainer veranderde en als een kleine Mark Knopfler een weergaloze gitaarsolo neerzette.[1]
Gelijkklinkende woorden
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Demoniemen bij Groot-Brittannië in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Vertalingen
1. gerelateerd aan Groot-Brittannië
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Brits | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het Brits o
- (taal) de P-Keltische taal die de voorganger van het Welsh, Cornisch, Bretons en Cumbrisch was
- Het Brits heeft bitter weinig op schrift nagelaten en is daarmee een gereconstrueerde taal die geen ISO 639-3-code heeft.
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord Brits staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers