Bolognees
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Bo·log·nees
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Bolognees | Bolognesen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Bolognees
Verwante begrippen
Demoniemen bij Bologna in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Bolognezer • inwoonster: Bolognese • bijvoeglijk: Bolognees, Bolognezer |
Zelfstandig naamwoord
het Bolognees o
- Italiaanse taal, eerder dialect, dat rond Bologna wordt gesproken
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Bolognees | Bologneser | Bologneest |
verbogen | Bolognese | Bolognesere | Bologneeste |
partitief | Bolognees | Bolognesers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Bolognees
- (demoniem) op Bologna betrekking hebbend
- ▸ Ik zette mijn tent op een afgelegen veldje op. Met knorrende maag verwarmde ik een zak vriesdroge spaghetti Bolognese op mijn JetBoil Minimo gaspit. Nog nooit smaakte spaghetti zo goed.[1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord Bolognees staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers