Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Bel·gen·mop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Belgenmop Belgenmoppen
verkleinwoord Belgenmopje Belgenmopjes

Zelfstandig naamwoord

de Belgenmopv / m

  1. een grap die de vermeende domheid van Belgen tot onderwerp heeft
    • In Terneuzen hielden wij soms wedstrijden in het vertellen van Hollander- en Belgenmoppen. 
Antoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid