Nederlands

ISO 639-3
act
bestand
Uitspraak
Woordafbreking
  • Ach·ter·hoeks
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Achterhoeks -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het Achterhoekso

  1. (taal) een Nedersaksische (streek)taal die gesproken wordt in de Achterhoek
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Achterhoeks Achterhoekser Achterhoekst
verbogen Achterhoekse Achterhoeksere Achterhoekste
partitief Achterhoeks Achterhoeksers -

Bijvoeglijk naamwoord

Achterhoeks

  1. betrekking hebbend op de Achterhoek; uit de Achterhoek

Gangbaarheid

Meer informatie