zwemlerares
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwemlerares (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwem·le·ra·res
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwem ww en lerares
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwemlerares | zwemleraressen |
verkleinwoord | zwemleraresje | zwemleraresjes |
Zelfstandig naamwoord
de zwemlerares v
- (beroep), (sport) iemand die zwemles geeft, iemand die anderen beroepsmatig leert zwemmen
- De zwemlerares leerde hen watertrappelen.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'zwemlerares' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.