zonkant
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zon·kant
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zon en kant
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zonkant | zonkanten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zonkant m
- kant waar de zon op schijnt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord zonkant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zonkant" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be