zondeschuld
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zondeschuld (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zon·de·schuld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zondeschuld | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (religie) de schuld van iemand door het begaan van zonden
Gangbaarheid
- Het woord zondeschuld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.