Zoeklichten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoek·licht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zoeklicht zoeklichten
verkleinwoord zoeklichtje zoeklichtjes

Zelfstandig naamwoord

het zoeklichto

  1. een sterke gerichte lichtbundel waarmee men in het donker iets op tracht te sporen
    • De politiehelicopter richtte zijn zoeklicht op de vluchtende misdadiger. 
     Hij was op zijn best als hij de oorlog zelf beschreef, met zoeklichten die als vuurvliegjes door de nacht gleden, een vliegtuig dat danste als een mooie vlinder of een glinsterende libel.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044625691
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be