Slowaaks

Uitspraak


Woordafbreking
  • zlý

Bijvoeglijk naamwoord

zlý

  1. slecht, kwaadaardig; met een negatieve eigenschap.
  2. slecht, fout; verkeerd geproduceerd.
  3. negatief; een negatief gevoel.
Synoniemen
  1. nevhodný
  2. chybný, nesprávny
  3. negativny
Antoniemen
  1. dobrý, hodný, milý
  2. dobrý, kvalitný, poriadny
Verwante begrippen


Tsjechisch

Uitspraak


Woordafbreking
  • zlý
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *zъlъ

Bijvoeglijk naamwoord

zlý

  1. kwaadaardig, slecht; immoreel handelend.
  2. kwaadaardig; door boosheid en woede veroorzaakt.
  3. slecht; serieuze consequenties hebbend.
  4. slecht; een mentale oppressie hebbend.
Verbuiging


Synoniemen
  1. špatný
  2. -
  3. špatný, zajebaný, zkurvený
  4. -
Antoniemen
  1. dobrý, hodný, láskavý, příjemný
  2. dobrý, hodný, láskavý, příjemný
  3. dobrý
  4. -
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen


Verwijzingen