ziekkantoorsyndroom

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ziek·kan·toor·syn·droom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ziekkantoorsyndroom
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het ziekkantoorsyndroomo

  1. (medisch) aanduiding voor het geheel van gezondheidsklachten die de gebruikers van een gebouw zeggen te ervaren en aan het gebouw zelf toeschrijven
Synoniemen

Gangbaarheid