zelfdwang
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zelf·dwang
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zelf zn en dwang zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zelfdwang | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- jezelf ergens toe dwingen
- ▸ Dinsdag presenteerden de auteurs hun boek in de Amsterdamse Al Mohsinine-moskee. Daarbij omschreven ze de zoektocht van Turkse en Marokkaanse mannen naar een partner als „een complex proces van dwang en zelfdwang en van traditie en verandering.”[2]
- ▸ Daarbij geldt dat gedwongen seks strafbaar is. Zelfbeschikking betekent ook zelfbeheersing. Seksualiteit wordt gereguleerd door geïnternaliseerde zelfdwang, gezamenlijke consideratie, flexibiliteit en onderhandeling.[3]
Gangbaarheid
- Het woord zelfdwang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Turkse man worstelt met keus partner” (15-06-2005), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron “Wisselvalligheid” (30-07-2008), Reformatorisch Dagblad