zegent in
- ze·gent in
vervoeging van |
---|
inzegenen |
zegent (...) in
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzegenen
- Jij zegent in.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzegenen
- Hij zegent in.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van inzegenen
- Zegent in!
- Het woord zegent in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.