De gewone zeepok

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·pok
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeepok zeepokken
verkleinwoord zeepokje zeepokjes

Zelfstandig naamwoord

de zeepokv / m

  1. (kreeftachtigen) een dier behorende tot de orde Sessilia   zoals de gewone zeepok Semibalanus balanoides   dat zich als volwassen dieren vastzet op een vaste ondergrond of een ander dier
    • Een walvis is vaak begroeid met zeepokken. 

Gangbaarheid

79 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be