Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·hon·den·stand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeehondenstand zeehondenstanden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zeehondenstandm

  1. (biologie) de grootte van de populatie aan zeehonden in een bepaald gebied
    • Die olieramp zal de zeehondenstand geen goed doen. 

Gangbaarheid