Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·lig·ma·king
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van zalig en maken met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord zaligmaking zaligmakingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zaligmakingv

  1. (religie) het rechtvaardigen van een persoon ten overstaan van de schepper
    • Protestanten geloven dat zaligmaking alleen door de genade van God mogelijk is, katholieken leren dat ook goede werken daarbij een grote rol spelen. 

Gangbaarheid