zaaizaad
- zaai·zaad
- samenstelling van zaai ww en zaad
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaaizaad | zaaizaden |
verkleinwoord | zaaizaadje | zaaizaadjes |
het zaaizaad o
- het zaad dat nog gezaaid moet worden
- Het zaaizaad ligt klaar om morgen uit te zaaien.
- Het woord zaaizaad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zaaizaad" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be