• wel·da·dig

weldadig

  1. een goed gevoel veroorzakend
    • Ik nam een heerlijk weldadig bad. 
95 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be