• vrou·wen·zaak
enkelvoud meervoud
naamwoord vrouwenzaak vrouwenzaken
verkleinwoord vrouwenzaakje vrouwenzaakjes

de vrouwenzaakv / m [1]

  1. kwestie die vooral betrekking heeft op vrouwen en die vooral vrouwen wat aangaan
     ' 'Bemoei je er niet mee, man,' antwoordde groomoe, 'dat is vrouwenzaak.[2]
  2. (politiek) de kwestie betreffende de rechten van vrouwen
     Nederland en de rest van de internationale gemeenschap moeten zich blijven inzetten voor de vrouwen in Afghanistan. Dat vindt de gevluchte Afghaanse oud-minister van Vrouwenzaken Massouda Jalal. Vanuit Nederland luidt ze de noodklok voor vrouwen in haar thuisland.[3]
     Het mediacircus wordt vergroot doordat allerlei beroemdheden en politici zich met de zaak bemoeien. "Zangeressen, de kleindochter van Nelson Mandela, de vrouwenbond van regeringspartij ANC: ze wonen allemaal de zaak bij om te laten zien dat ze aan 'goede' kant van het verhaal staan", vertelt Groenink. Ook minister Dlamini van Vrouwenzaak verscheen in de publieksbanken.[4]
     Niet dat dat Elhalm tegenhoudt. Ook zij wil met haar muziek strijden voor de vrouwenzaak. "Mijn overwinning is er een voor alle Afghaanse meiden."[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Jaap” (1923), Saga, ISBN 9788728433294
  3.   Weblink bron
    Devi Boerema
    “Afghaanse oud-minister: Taliban willen dat vrouwen leven als tweederangsburgers” (Zaterdag 25 september 2021, 20:37), NOS
  4.   Weblink bron “Huilend en live op tv: Zuid-Afrika in ban van verkrachtingszaak” (Donderdag 25 oktober 2018, 13:30), NOS
  5.   Weblink bron “Eerste vrouwelijke Afghaanse Idolswinnaar staat op tegen de Taliban” (Zaterdag 30 maart 2019, 20:02), NOS