• vrou·wen·kies·recht
enkelvoud meervoud
naamwoord vrouwenkiesrecht -
verkleinwoord - -

het vrouwenkiesrechto

  1. (politiek) (juridisch) recht van vrouwen het kiesrecht uit te oefenen dan wel gekozen te worden
     De basis daarvan lag waarschijnlijk in de strijd voor het vrouwenkiesrecht, waaraan ze zich hadden geëngageerd sinds ze tieners waren.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044625691