vrijetijdsbesteding

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vrije·tijds·be·ste·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vrijetijdsbesteding vrijetijdsbestedingen
verkleinwoord vrijetijdsbestedinkje vrijetijdsbestedinkjes

Zelfstandig naamwoord

de vrijetijdsbestedingv

  1. dat wat men in de vrijetijd doet
    • Wandelen en fietsen zijn favoriete vrijetijdsbestedingen. 

Meer informatie

Gangbaarheid