voorblad
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voor·blad
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voor vz en blad zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voorblad | voorbladen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- titelblad of omslag van een boekwerk of tijdschrift
- Niet een Vlaamse stad, maar een foto van Amsterdam prijkt op de cover van een brochure van de Vlaamse overheid. Op het voorblad van de publicatie ’Vlaanderen in cijfers’ zijn fietsers in de hoofdstedelijke Runstraat afgebeeld.[2]
- (een van) de kettingwielen bij de trapas van een (race)fiets
- Hoewel de Spaanse klimgeit dus ook in zijn laatste professionele kilometers de volledige sportieve focus heeft, kwam er sporadisch toch een beetje melancholie bovendrijven. De Jongh: "Toen we dinsdag de tijdrit gingen verkennen, realiseerde Alberto zich even dat dit zijn laatste ging zijn. Zo zei hij: ’Dit is de laatste keer met het grote voorblad'.[3]
Synoniemen
Vertalingen
1. titelblad van een boekwerk of tijdschrift
Gangbaarheid
- Het woord voorblad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voorblad" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 09 okt. 2017
- ↑ de Telegraaf HANS RUGGENBERG 07 sep. 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be