volstortte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: volstortte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vol·stort·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
volstorten |
volstortte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van volstorten
- ... dat ik volstortte.
- ... dat jij volstortte.
- ... dat hij, zij, het volstortte.
- ... dat ik volstortte.
Gangbaarheid
- Het woord volstortte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.