Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voet·bal·le·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voetballerij
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de voetballerijv

  1. alles wat betrekking heeft op voetballen
     Toch fijn dat enkelen die vooraf zo fel en kritisch waren geweest, mij na afloop van de tocht een persoonlijk bericht stuurden om te zeggen hoe mooi ze het vonden dat ik mijn droom achterna was gegaan. Het kan gek lopen in de voetballerij.[2]
     Backs krijgen in de huidige voetballerij een steeds belangrijkere taak, wat blijkt uit het forse prijskaartje wat om de nek van de pas 21-jarige Engelsman hangt.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  3.   Weblink bron
    Jeffrey van der Maten
    “Dit is het duurste elftal ter wereld: totale waarde van 1,5 miljard” (10-06-2020), Tubantia