Nederlands

 
voedseltransport
Uitspraak
Woordafbreking
  • voed·sel·trans·port
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voedseltransport voedseltransporten
verkleinwoord voedseltransportje voedseltransportjes

Zelfstandig naamwoord

het voedseltransporto

  1. het vervoer van voeding
     Denisov «steelt» voor zijn regiment een voedseltransport en moet voor de krijgsraad verschijnen; hij raakt licht gewond en belandt in het hospitaal.[2]
     Woensdag raakten drie VN-militairen gewond toen hun voedseltransport werd overvallen en geplunderd.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
  3.   Weblink bron “Voertuigen VN in brand in Ivoorkust” (13-01-2011), NOS